Tweede leven voor kinderfietsen
Amsterdam haalt (kinder)fietsen op bij mensen die ze niet meer nodig hebben. Om door te geven aan kinderen die de fiets goed kunnen gebruiken. Daarmee wil de gemeente meer kinderen op de fiets krijgen. Want Amsterdam is een fietsstad, en een fiets geeft kinderen bewegingsvrijheid. Geschat wordt dat in de stadsdelen waar het minst wordt gefietst (Noord, Nieuw-West en Zuidoost) alleen al 6.000 kinderen niet fietsen. Omdat zij geen fiets hebben, al zouden zij wel willen fietsen.
Kinderen groeien snel, voor je het weet is dat shirt alweer te klein. Of die fiets. Zonde als die al roestend in de weg staat in fietsenrek of berghok. Amsterdammers die nog een ongebruikte fiets hebben staan, kunnen een afspraak maken om de fiets gratis op te laten halen door de gemeente. De fiets wordt opgeknapt en krijgt via Stichting Leergeld Amsterdam een tweede leven bij een kind tussen de 4 en 18 jaar dat graag wil fietsen, maar dat door gebrek aan een fiets niet kan. Het gaat dan vaak om gezinnen die weinig te besteden hebben. Stichting Leergeld Amsterdam geeft in Amsterdam al een aantal jaren fietsen uit aan jonge Amsterdammers. In 2021 hebben zij ongeveer 1.000 fietsen gegeven, maar de vraag naar fietsen bij hen is hoger. De gemeente wil het aantal te geven fietsen verhogen met 200 tot 300 en daarmee stimuleren dat alle kinderen gaan fietsen.
Fietsstimulering
De campagne ‘Klaar met je fiets? Geef hem door!’, waarmee de gemeente extra aandacht vraagt voor het inleveren van oude fietsen, is in april gestart. De campagne is onderdeel van een breder programma om kinderen en jongeren te stimuleren vaker de fiets te gebruiken. Want fietsen hoort bij Amsterdam, en is een efficiënte, schone en gezonde manier om van A naar B te komen. Zo is een proef gestart om jonge sporters aan te zetten om met de fiets naar training of wedstrijd te gaan, in samenwerking met de landelijke voetbalbond (KNVB). Nu worden kinderen nog vaak gebracht met de auto. In de proef ‘Het Nieuwe Stalen Ros’ zijn er fietslessen voor kinderen die nieuw in Amsterdam zijn en minder goed Nederlands spreken. Zo maken zij kennis met fietsen en de fietscultuur van Amsterdam. Daarnaast is in de stadsdelen waar het minst wordt gefietst subsidie beschikbaar voor initiatieven die meer mensen op de fiets krijgen. En zijn er plannen om ‘Fietsdokters’ in het leven te roepen, die in de wijken 1.000 extra fietsen gaan repareren.
Kwart van de kinderen
In 2020 kopte de Amsterdamse krant Het Parool dat een kwart van de kinderen niet kan fietsen. Dit komt het meest voor bij kinderen uit gezinnen die weinig te besteden hebben, en bij kinderen met een migratieachtergrond. Vaak hangt het ook samen met ouders die niet fietsen, en de angst van ouders voor verkeersongelukken. Daardoor zal een kind minder snel leren fietsen dan een kind van ouders die zijn opgegroeid met de fiets. De gemeente heeft verdiepend onderzoek gedaan onder de doelgroepen, en start nu gericht verschillende acties om fietsen bij kinderen (en hun ouders) te stimuleren. Alle acties worden gemonitord, er wordt gemeten hoeveel kinderen er na de actie blijven fietsen.